Middenbeemster, 25 juni 2009
Op het erf van Museum Westerhem vond op uitnodiging van de Vereniging Beemsters Welvaart op donderdagmiddag 25 juni een gezellige ontmoeting plaats tussen vele genodigden, onder wie een groot deel van de leden van Beemsters Welvaart, v/h VVV agentschap. Doel van de bijeenkomst was het officieel/symbolisch onthullen van de verzonken molenwieken, een kunstwerk aan de Noorddijk, dat herinneringen oproept aan lang vervlogen tijden, zo'n 400 jaar geleden toen de Beemster als pas geboren polder aan de randen van zijn gebied wel bijna 50 molens had staan.
Noorddijk
Op één plek aan de Noorddijk stonden er wel 21. De molens, die in drie gangen waren geplaatst, konden elk het polderwater van 1 tot 1.5 meter omhoog malen om zo trapsgewijs het water op de ringvaart uit te slaan.
Er resten nu alleen nog oude kaarten. Een eeuw geleden werden zonder uitzondering alle molens afgebroken en vervangen door gemalen, die de Beemster droog moeten houden.
In de 90-er jaren van de vorige eeuw maakte de kunstenaar Hans Belleman in het talud van de dijk een aantal molenwieken die, als 'verzonken in het moeras van de tijd', herinneringen opriepen aan hoe het vroeger moet zijn geweest.
Maar ook deze molenwieken bleken niet bestand tegen de tand des tijds en verdwenen eveneens in de loop der jaren uit het landschap.
Tot Beemsters Welvaart er zijn tanden inzette en besloot de molenwieken toch weer op die plek terug te krijgen. Dat had heel veel voeten in aarde, maar de aanhouder won. En nu staan er weer twee verzonken molenwieken en ook van wat degelijker materiaal.
Na de gedwongen sluiting van het agentschap is Beemsters Welvaart niet ter ziele gegaan, maar ging een samenwerkingsverband aan met de Stichting Beemster Werelderfgoed, dat opereert vanuit het Infocentrum aan de Middenweg.
De voorzitter van Beemsters Welvaart, Joke Akkerman, heette in het vierkant van de stolp iedereen van harte welkom, en -in het bijzonder- erelid mw. Mies Porte. In haar speech vertelde ze over de lange weg naar de totstandkoming van het nieuwe (tweeling)kunstwerk:"Lang is er in het bestuur gesproken hoe wij het voor elkaar zouden kunnen krijgen een paar wieken terug te zetten. Tijdens de gesprekken met o.a. een sponsor, een molenbouwer en andere belangstellenden bleek een van de ideeën: er een school/werk project van te maken, levensvatbaar. Wij kwamen in contact met de S.P.B. (Samenwerkingsverband Praktijkopleiding voor de Bouw) in Zaandam, waar de wieken gemaakt zijn. Nu Beemster's Welvaart volgend jaar het 100-jarig bestaan hoopt te vieren, en met 2012 in zicht, het jaar waarin wij vieren dat de Beemster 400 jaar bestaat, zal het een prachtig onderdeel van de festiviteiten kunnen zijn nu de wieken er weer in volle glorie staan."
Zonder iemand te kort te willen doen, sprak de voorzitter een speciaal woord van dank uit tot de school SPB, de firma Kistemaker, het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier en de sponsor, het VSB fonds. Zonder deze instellingen was dit project niet mogelijk geweest.
Daarna heette ze een bijzondere gast welkom, die ook als het ware uit het moeras der tijden was opgedoken: Jan Adriaenszn Leeghwater, die even een toast op het nieuwe kunstwerk kwam uitbrengen door middel van het voordragen van het gedicht, waarin Leeghwaters tevredenheid over het nieuw-geschapen landschap naar voren komt.
Het einde van de droom
'Als t'rasen van dees meer syn kracht sal zijn benomen
En dat den gront van dien sal boven syn gekomen,
Dan sal den grooten wolf syn brullen zyn gedaen.
Het slyten van het landt sal oock stil blijven staen.
Wat sal 't een ander doen in dees contreyen!
Dat men in plaets van dien veel vruchten sal gaen seyen,
Op hoop dat Godt den Heer syn segen oock sal geven.
Dat,velen die nu zyn, noch mogen beleven,
Dat mén die groote meer sal bruycken tot goet landt,
En dat die wegen recht met boomen zyn beplant,
De weyden wel begrint met gras en oock met krollen.
Den wagen op den wegh sal heen en weer gaen rollen,
Den bouwman oock aldaer syn ackerwerk sal doen,
Den hovenier oaer by in 't loffelyck seysoen,
Syn tuyn sal doen bezayen met veelder hande kruijt
Dien hy verwachten sal vol voedsel en vertuyt
Die beesten op het velt (neemt dit in danck van my)
Sullen geven haer noot, met boter, melck daerby
Al schynt dit noch wat veer, al ist noch vry onsien,
Door Godes zegen groot kan dit noch al geschien.
 |
Links:
De onthulling was dus symbolisch en betrof een miniatuur van de twee molenwieken, die in werkelijkheid dus op de Noorddijk staan.
L. en r. onder:
De miniatuur molenwiek werd spontaan gemaakt door de heer Dirk van Berge.
Daarvoor werd hem een attentie aangeboden. Het miniatuur zal in de stolp Westerhem te bekijken blijven.
Samen met Jan Adriaenszn ging hij nog even op de kiek. |
|
|
 |
 |
|